Tweedeklassers van scholengemeenschap Dingstede uit Meppel werken deze week voor het tiende jaar in De Wieden. Ze hooien een stuk trilveen dat de school van Natuurmonumenten heeft geadopteerd. Dat gaat zo voorspoedig dat enkele klassen donderdag en vrijdag ook nog een ander stuk voor hun rekening nemen.
“Weten jullie wat dit is?”, vraagt boswachter Roelof de Jonge donderdagmiddag in de werkschuur aan de Reeënweg. Daar ontvangt hij de volgende groep leerlingen met een korte introductie over De Wieden en de werkzaamheden die ze moeten uitvoeren. “Een hark!”, klikt het redelijk massaal. De leerlingen lijken kortom op hun taak berekend.
Ze zijn ook voorbereid op het middagje werken in het natuurgebied. Het uitstapje is onderdeel van het vak biologie. “We hebben zelfs een schriftelijke overhoring gehad over wat je in De Wieden kunt tegenkomen”, vertelt Daniël Mulder die zelf min of meer een thuiswedstrijd heeft. Hij woont in Wanneperveen. “In de zomer varen we wel eens door het gebied, maar het is niet zo dat ik veel in de natuur kom.”
Ooit is de samenwerking ontstaan als onderdeel van de maatschappelijke stage. Vrijwilliger Harry Doornbos van Natuurmonumenten, die in Meppel woont, legde destijds het contact met de school. En dat beviel zo goed dat ze ook na het afschaffen van de maatschappelijke stage zijn gebleven. “Elk jaar gaan we in september een week naar De Wieden. Alle tweedeklassers zijn hier een dagdeel. De hogere klassen zijn momenteel op kamp, waardoor we ook ruimte hebben voor dit soort excursies. Deze leerlingen zijn vanochtend bijvoorbeeld nog op djembé les geweest”, vertelt Henk Jan Timmerman, die zelf overigens Frans doceert.
Na een toelichting van De Jonge over onder meer trilveen, trekgaten, zwarte sterns en tjaskermolens in De Wieden stappen de leerlingen op een werkschuit. Iets verderop moeten ze de hark hanteren en hun hooitalenten tonen. Anderhalf uur later mogen ze ook nog een kijkje nemen in de aalscholverkolonie, al wijst De Jonge er op dat er vermoedelijk geen aalscholvers zijn. “De trek naar het Zuiden is al begonnen en de achterblijvers zijn ’s middags aan het vissen of luieren op de grote meren.”
Een van de laatste foto’s die De Jonge voor het vertrek laat zien, maakt indruk op de leerlingen. “Dit is de vleesetende zonnedauw. Pas op voor je vingers als je deze in het veld ziet…”
